PUBLICITÉ

Kauwen is belangrijk voor de lijn en de spijsvertering!

Geüpdatet door Marion Garteiser, gezondheidsjournaliste op 10/03/2016 - 16h56
-A +A

Langzaam eten is belangrijk voor de spijsvertering, maar niet alleen daarvoor. Als we langzaam eten, kauwen we meer en produceren we meer speeksel. Dat voorkomt spijsverteringsproblemen en bevordert het verzadigingsgevoel. Wie wil afvallen, doet er dus goed aan om langzaam te eten.

PUB

Door meer te kauwen verbruiken we meer energie

Hoe minder we kauwen, hoe minder energie we verbruiken. Dat blijkt toch uit een experiment met slangen, aldus dr. Arnaud Cocaul. Het spijsverteringsstelsel van slangen vertoont gelijkenissen met dat van de mens. Als we ze 4 soorten vlees geven (gemalen en ongemalen vlees, respectievelijk rauw en gebakken), blijkt dat het rauwe ongemalen vlees het meeste energie kost om door het lichaam te worden opgenomen. Slangen verteren het minste energie voor dezelfde hoeveelheid, maar wel gemalen en gebakken vlees.
Slotsom: aangezien het energetisch rendement verschilt, zal het eten van een hamburger in een fastfoodketen calorierijker zijn dan het eten van een steak van hetzelfde gewicht die we thuis bereiden. Maar door de industrialisering wordt onze voeding almaar zachter en zelfs vloeibaar (drinkyoghurt, smoothies, puree, bereide gerechten, ijsjes, hamburger,...). We kauwen dus minder en dat speelt een rol in de toename van overgewicht en obesitas in de westerse landen.

Hoe trager we eten, hoe minder eten we nodig hebben om verzadigd te raken

Langzaam eten en goed kauwen bevorderen het verzadigingsgevoel. We eten daardoor minder tijdens de maaltijd en hebben ook minder de neiging om tussen de maaltijden te snoepen. Zo is het gevaar voor gewichtstoename kleiner.
Kauwen doet heel wat zenuwen werken die in contact staan met het centrale zenuwstelsel, en meer bepaald de hypothalamus. Dat is het gebied dat het hongergevoel regelt. Hoe meer we met andere woorden kauwen, hoe meer signalen onze hersenen krijgen dat we aan het eten zijn.
Dat kunnen we onder meer vaststellen als we twee mensen vragen om iets te eten, de ene met een grote lepel en de andere met een kleine. De eter met het kleine lepeltje is vlugger verzadigd. Hij eet dus minder door met kleine hapjes te eten en daar zijn tijd voor te nemen.

Initialement publié par Isabelle Eustache, gezondheidsjournaliste le 21/06/2010 - 00h00 et mis à jour par Marion Garteiser, gezondheidsjournaliste le 10/03/2016 - 16h56

Dr. Arnaud Cocaul, "Le régime mastication", uitgeverij Thierry Souccar.

Bekijk dit artikel
PUBLICITÉ