De Verenigde Staten werpen zich vaak op als leider in tal van domeinen. Uit een analyse van het gewijzigde eetgedrag sinds de jaren zeventig blijkt echter dat we een radicaal andere weg moeten inslaan en er lessen moeten uit trekken voor de toekomst
De eerste vaststelling is genoegzaam bekend: de meeste nationale onderzoeken laten een toename van de Body Mass Index (BMI) zien. Inderdaad: de BMI heeft in slechts drie decennia tijd een nooit geziene piek bereikt. Zo kampt vandaag 65 % van de Amerikanen met overgewicht (IMC hoger dan 25), tegen 48 % in 1970. Het aantal gevallen van obesitas (IMC hoger dan 30) is in bijna 30 jaar tijd verdubbeld: 31 % van de Amerikanen is zwaarlijvig, tegen 15 % in 1970.
Buitenshuis eten = meer calorieën
Sinds 1970 is de gemiddelde calorie-inname bij volwassenen gestegen. Die toename hield in 1999-2000 nog altijd aan, vooral bij vrouwen. De vetinname mag dan al procentueel gedaald zijn ten gunste van koolhydraten, op het eerste gezicht een toe te juichen trend, paradoxaal genoeg doet de toegenomen calorie-inname het percentage totale en verzadigde vetten op het bord in absolute waarde stijgen. Die caloriestijging is het gevolg van fundamentele veranderingen in ons eetpatroon: doordat we steeds meer buitenshuis eten, consumeren we automatisch grotere porties en nemen we dus meer calorieën in. Vandaag bezoekt 37 % van de volwassenen en 42 % van de kinderen geregeld een fastfoodrestaurant. Uit schattingen blijkt dat die trend tot een aanzienlijke stijging leidt van de totale en verzadigde vetten en frisdranken, ten koste van vitamine A en C, groenten, fruit en melkproducten.
Zout, vitamines en mineralen
Slechts 1 op de 5 Amerikanen eet vandaag minder dan 6 g zout per dag, de officiële aanbeveling van de WGO. Het gemiddelde schommelde in 1999-2000 rond de 8,5 g per dag en steeg aanzienlijk in vergelijking met de seventies. Belangrijkste redenen: de stijging van de calorie-inname en de populariteit van meeneemgerechten en buitenshuis eten. De consumptie van calcium (en melkproducten) daarentegen is in vrije val. In de jaren 90 hield de helft van de bevolking zich aan de streefwaarden, tien jaar later is dat nog maar 30 %