Om meerdere redenen worden jonge moeders alsmaar sneller uit de materniteit ontslagen. De follow-up van de moeder en het kind thuis zou van nut kunnen zijn om bepaalde medische verwikkelingen te voorkomen en borstvoeding te promoten.
Om meerdere redenen worden jonge moeders alsmaar vroeger uit de materniteit ontslagen: de hoge kosten van het verblijf, het beperkt aantal bedden op de eenheden voor verloskunde, de vermindering van het aantal artsen en gespecialiseerde personeelsleden, de verkorting van de werktijd. Door verkorting van de periode van observatie van de pasgeborene kan de gezondheid van het kind echter in het gedrang komen: onvoldoende bewaking, geen opsporing van bepaalde ziekten, te late diagnosestelling enz.Tijdens een kort verblijf kunnen de hulpverleners hun vele functies bovendien niet vervullen: de jonge moeder uitleg geven over gezondheid, hygiëne, verzorging, de voeding, enz. Ook de borstvoeding lijdt eronder. Wat dat betreft, loopt Frankrijk achter op de buurlanden: na 4 maanden krijgt slechts 5% van de Franse kinderen borstvoeding tegen 80% in Noorwegen, 65% in Zweden en 70% in Groot-Brittannië.
Verdere thuisverzorging
Een follow-up thuis zou een goede oplossing zijn. Daartoe moeten hulpverleners, artsen, vroedvrouwen, kinderverzorgsters worden betrokken bij structuren van het type PMI of bij de consultaties in het ziekenhuis. Ook moet een performante ondersteuning thuis worden ontwikkeld. De personen die betrokken zijn bij de bevalling, en de personen die instaan voor de verdere verzorging, moeten dus nauwer samenwerken. De vroedvrouw kan daarbij een belangrijke rol spelen. Een heel programma dat voor iedereen van nut kan zijn.