Het urinewegenstelsel bestaat uit de nieren, urineleiders, blaas en urinebuis. De nieren werken als een filter, verwijderen afvalstoffen uit het bloed en verwerken die in urine. De urineleiders vervoeren de urine vanuit de nieren naar de blaas, waar de urine wordt opgeslagen om vervolgens het lichaam via de urinebuis te verlaten.
Bij normale gezondheid bevat urine geen lichaamsvreemde bacteriën en virussen. Maar bij een blaasontsteking of een urinebuisinfectie zijn er bacteriën via de urineleiders in het urinewegenstelsel terechtgekomen.
Symptomen van urineweginfectie zijn: een branderig gevoel tijdens het plassen, vaak kleine hoeveelheden moeten plassen en bloed in de urine.
Urineweginfecties komen veel voor. Na de kinderjaren treedt urineweginfectie vaker bij vrouwen op, omdat de urinebuis bij de vrouw korter is en dichter bij de anus ligt. Wanneer urineweginfectie te laat wordt ontdekt en behandeld, kan de infectie zich naar de blaas en de nieren uitbreiden.