PUBLICITÉ

Wie moet zijn cholesterolgehalte meten en wanneer?

Geüpdatet door Marion Garteiser, gezondheidsjournaliste op 27/01/2016 - 12h34
-A +A

HDL-cholesterol, totale cholesterol, lipiden, dyslipidemie, triglyceriden enz. Wat betekent dat allemaal? Waarop wijzen ze en wanneer moet men ze laten meten?

PUB

Totaal cholesterolgehalte

Het meten van het totaal cholesterolgehalteis een onderzoek dat een goed globaal beeld geeft van het cholesterolgehalte op het ogenblik van het
onderzoek. Het onderzoek kan snel en gemakkelijk uitgevoerd worden door een laboratorium. Het wordt vaak voorgeschreven door artsen in het kader van de systematische opsporing van aandoeningen of ter controle.

Maar zelfs als het totaal cholesterolgehalte te hoog is, dan wil dat nog niet zeggen dat de patiënt teveel cholesterol heeft of hypercholesterolemie. Er is namelijk 'goede' en 'slechte' cholesterol waarvan de respectievelijke waarden gemeten moeten worden. Bij de analyse van het cholesterolgehalte in het bloed moet dus ook gezocht worden naar lipidenanomalieën.

Bilan van de lipidenanomalieën (dyslipidemie)

Een bilan van de lipidenanomalieën bestaat uit de volgende metingen:

  • Het totaal cholesterolgehalte (normaal: 4,1 à 6,2 mmol/l of 1,60 à 2,40 g/l).
  • De triglyceriden (indicator voor het cardiovasculair risico).
  • Het HDL-cholesterolgehalte of de 'goede' cholesterol (normaal: 0,9 à 2 mmol/l of 0,35 à 0,75 g/l).
  • Het LDL-cholesterolgehalte of 'slechte' cholesterol, in vergelijking met de HDL-cholesterol, het totale cholesterolgehalte en de triglyceriden (normaal: 2,6 à 4,2 mmol/l of 1 à 1,6 g/l).
    De metingen worden gedaan op basis van een bloedstaal. De patiënt moet bij de bloedname wel nuchter zijn.

Initialement publié par Dr. Philippe Presles le 23/01/2007 - 00h00 et mis à jour par Marion Garteiser, gezondheidsjournaliste le 27/01/2016 - 12h34
Bekijk dit artikel
Vous devez être connecté à votre compte E-Santé afin de laisser un commentaire
PUBLICITÉ