Kinderen hebben leiding nodig, een zekere vorm van gezag dus. Toch houden we er niet van om met hen in een conflictsituatie terecht te komen. We willen ook geen dominerende rol spelen en het risico lopen om de kinderen figuurlijk te verpletteren. Maar hoe bepalen we nu welke vorm van gezag we nodig hebben?

- Gezag is geen superioriteit
- Gezag dient om de regels te laten naleven
- De regels moeten uitgesproken en uitgelegd worden
- Uiteindelijk is het de bedoeling de regels te laten aanvaarden
- Het doel van gezag: een harmonieus leven leiden in de maatschappij
- Als de regel niet nageleefd wordt, dringt een straf zich op
Gezag is geen superioriteit
De volwassene die blijk geeft van gezag, doet dat niet omdat hij hiërarchisch de meerdere is van het kind. Het kind is geen ondergeschikte, maar een volwassene in wording. Gezag mag nooit dienen om de andere te 'verpletteren' of om hem te tonen dat men meer waard is dan hij en dat men dus meer rechten heeft.
Gezag dient om de regels te laten naleven
De volwassene moet blijk geven van gezag in functie van een bestaande regel, maar niet omwille van persoonlijke wensen. "Het is verboden wie dan ook te slaan." "Het is verboden te stelen." Het gaat hier om wetten waaraan ook de volwassene is onderworpen. Degene die de wet doet toepassen, kan er zichzelf ook niet aan onttrekken. Als een kind om 8 uur 's avonds moet gaan slapen, is dat omdat de ouders die regel willen doen naleven: "Een kind moet voldoende slapen om 's morgens opnieuw fit te zijn". Dit is duidelijk een natuurlijke regel. Als een volwassene aan een kind zou vragen om te gaan slapen omdat hij zin heeft om met rust gelaten te worden, dan zou hij het kind onderwerpen aan zijn eigen wens. En dat zou een schadelijke vorm van gezag zijn.