Epilepsie (vallende ziekte) is een reeks stoornissen van uiteenlopende aard, die gemeen hebben dat zij in aanvallen verlopen bij verlaging van het bewustzijn.
1. Inleiding
Epilepsie is geen scherp omschreven ziekte, omdat de aanvallen ook kunnen voorkomen als nevenverschijnsel bij vele andere aandoeningen van de hersenen.In de duidelijk uitgesproken gevallen blijkt de stoornis in de hersenwerking uit bewustzijnsverlies, spierkrampen en spierschokken. De laatste wijzen op een prikkelingstoestand van het gebied van de grote hersenen, dat belast is met de coördinatie van de bewegingen.Een aanval of toeval wordt meestal veroorzaakt doordat een deel van de hersenen in een toestand van verhoogde prikkelbaarheid geraakt. Dit verschijnsel plant zich dan voort naar de directe omgeving, waardoor een steeds groter deel van de hersenen verhoogd prikkelbaar wordt. Tijdens aanvallen is het elektro-encefalogram (EEG) afwijkend, maar ook buiten de aanvallen geeft het EEG van een patiënt met epilepsie afwijkingen te zien. In de grote meerderheid van de gevallen vertonen epilepsiepatiënten kenmerkende afwijkingen in de elektrische activiteit van hun hersenschors en vaak komen overeenkomstige afwijkingen eveneens bij hun naaste familieleden voor.De meeste patiënten reageren goed op bepaalde medicijnen, zogenoemde anti-epileptica. In veel gevallen is het tevens belangrijk dat de patiënt zijn levenswijze zo aanpast dat de kans op het optreden van epileptische aanvallen zo gering mogelijk wordt. IndelingIn principe kan men twee groepen epilepsieën onderscheiden:
- Symptomatische epilepsie: deze vorm kan optreden bij een grote groep afwijkingen en intoxicaties, bijvoorbeeld hersentumor, cerebrovasculair accident (hersenbloeding), hypoglycaemie, schedel- of hersenletsel, infecties binnen de schedel en uremie.
- Idiopathische of genuïene epilepsie, die wordt gekenmerkt door het ontbreken van aantoonbare afwijkingen in de hersenen. Een neiging tot het krijgen van insulten of aanvallen kan wel erfelijk zijn.
- plotseling begin van aanvalsgewijze, voorbijgaande, recidiverende hersenfunctiestoornissen, gewoonlijk gepaard gaande met stoornissen van het bewustzijn;
- de verschijnselen kunnen variëren van gedragsstoornissen tot langdurige en continue spiertrekkingen;
- er kan een afwijking van de hersenen aan ten grondslag liggen;
- er kan een positieve familie-anamnese zijn.
2. Oorzaken
Tot de oorzaken van de symptomatische epilepsie kunnen de volgende aandoeningen worden gerekend:
- Organische hersenziekten, waaronder gezwellen, atherosclerotische processen en littekenvorming.
- Schedeltraumata. Reeds in het beginstadium kan epilepsie optreden ten gevolge van een hematoom of een compressiefractuur. Veelvuldiger is de eerst na langere tijd, soms jaren later, optredende post-traumatische epilepsie, ten gevolge van lokale littekenvorming.
- Acute infectieziekten. Zowel door de koorts als door de micro-organismen kan vooral bij kinderen epilepsie ontstaan. De aanvallen zijn in het algemeen onschuldig van aard. Primaire en secundaire encefalitis - in het laatste geval vooral na mazelen en kinkhoest - geven ernstiger verschijnselen.
- Stofwisselingsstoornissen, zoals hypoglycaemie, uremie en tetanie. Vaak ziet men ook epileptische verschijnselen bij kinderen met aangeboren stofwisselingsstoornissen, waarbij ook het zenuwstelsel betrokken is: intoxicaties, waaronder alcohol, loog, bepaalde koolwaterstoffen, maar ook verschillende soorten drugs, kunnen %pileptische verschijnselen veroorzaken.