Vrijen zonder anticonceptie en zonder risico op een zwangerschap.
Een fabeltje of kan het echt?
Vrijen: het nulrisico bestaat niet!
Welke vorm van anticonceptie u ook kiest, zelfs de meest betrouwbare levert geen volledige zekerheid. Het nulrisico bestaat niet.
Zelfs bij vrouwen bij wie de eileiders worden afgebonden, komen er nog zwangerschappen voor - ook al gebeurt dit uiterst zelden.
Ook als u de vruchtbare dagen probeert te vermijden, bestaat er dus zeker nog een risico!
De Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) geeft de volgende cijfers over zwangerschappen bij de methodes van periodieke onthouding, dat wil zeggen dat men het vrijen probeert te vermijden tijdens de meest vruchtbare dagen:
- Perfect gebruik van de Oginomethode (kalendermethode) levert nog 9% zwangerschappen op.
Dat betekent 9 zwangerschappen op 100 vrouwen die deze methode minstens een jaar gebruiken. - De methode waarbij men probeert de dag van de eisprong vast te stellen via onderzoek van het cervixslijm komt op 3% zwangerschappen, alweer bij onberispelijk gebruik.
- De symptothermische methode, een combinatie van onderzoek van het cervixslijm en de temperatuurmethode, komt op 2% zwangerschappen.
- En de methode waarbij men wacht met vrijen tot na de eisprong (die wordt bepaald aan de hand van de temperatuur) komt op 1% zwangerschappen.
Maar bij gebruik in de praktijk (of zogeheten typisch gebruik) ligt het door de WGO geschatte risico op 25% zwangerschappen voor het geheel van deze methodes, fouten in de follow-up inbegrepen.
Ter vergelijking: bij afwezigheid van elke anticonceptiemethode komt men op 85% zwangerschappen.
Op welke dagen is het risico op een zwangerschap het laagst?
Zoals uit de gegevens van de WGO blijkt, zijn dat niet per se de dagen na de eisprong.
Het grootste probleem is dat het niet makkelijk is om de eisprong vast te stellen voor vrouwen die dat niet gewoon zijn.
Vrouwen die deze methodes vrij goed willen beheersen, oefenen beter eerst enkele maanden voor ze het risico nemen om zonder bescherming te vrijen.
De dag met het laagste risico op een zwangerschap is de eerste dag van de maandstonden!
Die dag moet wel na de eisprong liggen en de maandstonden bewijzen dat de eisprong heeft plaatsgehad.
En daarna duurt het enkele dagen voor de volgende eisprong op gang komt.
Na het begin van de maandstonden stijgt het risico op een zwangerschap geleidelijk aan elke dag een beetje meer. De eisprong kan in sommige cycli relatief vroeg optreden, en de spermatozoïden blijven enkele dagen in leven in de baarmoederhals, volgens de auteurs nog wel vijf tot zeven dagen.
Daarom ontdekken veel vrouwen die tijdens de maandstonden vrijen achteraf dat ze toch zwanger zijn.
WGO. Critères de recevabilité pour l’adoption et l’utilisation continue des méthodes contraceptives (2009).
