PUBLICITÉ

Voedselallergie: twee middeltjes om het dagelijks leven aangenamer te maken

Gepubliceerd door Isabelle Eustache op 17/05/2011 - 10h12
-A +A

Mensen bij wie een voedselallergie is vastgesteld, kunnen op twee manieren hulp vinden in hun dagelijks leven: via de patiëntenverenigingen die informatie doorgeven en wederzijdse steun stimuleren, en via de informatie op de verpakking van levensmiddelen, ook al is die niet perfect.

PUB

Voor allergielijders en hun gezin speelt de arts een cruciale rol. Hij vertelt ze welke levensmiddelen of ingrediënten ze voortaan uit hun voeding moeten bannen. Op die manier weten ze welke producten ze beter mijden. De arts zal ook de medicatie voorschrijven als er een allergische reactie optreedt. Al die voorzorgen moeten een anafylactsche shock, dat is een zware allergische aanval, voorkomen. Eenmaal buiten de dokterspraktijk kunnen allergielijders nog rekenen op twee types hulp: de patiëntenverenigingen en de informatie op de voedselverpakking. Die is nog wel onvolledig, maar evolueert in de goede zin.

 

Verenigingen voor mensen met een allergie

Er bestaan meerdere verenigingen van en voor allergielijders. Mensen met een allergie kunnen via deze kanalen met elkaar communiceren, ze kunnen elkaar steunen en allerlei informatie uitwisselen (adressen, recepten…). De adressen zijn te vinden op het internet.

 

Informatie op de voedselverpakking

Er is veel veranderd rond de etikettering van levensmiddelen. In november 2005 verplicht een nieuwe reglementering om op het etiket de twaalf belangrijkste groepen van mogelijk allergene stoffen te vermelden. U vindt deze ingrediënten hieronder. In december 2007 worden aan deze lijst nog twee nieuwe allergene stoffen toegevoegd, namelijk lupine en weekdieren. Deze allergene stoffen moeten vermeld worden in de lijst van ingrediënten, ongeacht hoeveel ervan in de bereiding is verwerkt. Het etiket moet duidelijk leesbaar en begrijpelijk zijn. Een product dat bijvoorbeeld ovalbumine bevat (een afgeleid product van eieren) moet in de lijst van ingrediënten duidelijk het woord ‘ei’ vermelden. De keerzijde van de medaille is dat de voedingsindustrie om zich te beschermen naast de lijst van ingrediënten ook de aanwezigheid van eventuele sporen vermeldt in producten waarvan de allergene stof in kwestie niet in de samenstelling voorkomt! Jammer genoeg is de etikettering van mogelijke sporen of de contaminaties niet gereglementeerd. Dat maakt er het leven van allergielijders niet makkelijker op.

  • Gluten bevattende granen (tarwe, rogge, spelt, kamut) of de hybride stammen en producten op basis van deze granen.
  • Schaaldieren en producten op basis van schaaldieren.
  • Eieren en producten op basis van eieren.
  • Vis en producten op basis van vis.
  • Arachide en producten op basis van arachide.
  • Melk en producten op basis van melk.
  • Soja en producten op basis van soja.
  • Vruchten in de dop: amandelen, hazelnoten, walnoten, cashewnoten, pecannoten, paranoten, pistachenootjes, macadamianoten en producten op basis van deze vruchten.
  • Selderij en producten op basis van selderij.
  • Mosterd en producten op basis van mosterd.
  • Sesamzaadjes en producten op basis van sesam.
  • Zwavelig zuur en sulfieten als de concentratie hoger is dan10 mg/kg of 10 mg/liter (uitgedrukt in SO2).

 

Gepubliceerd door Isabelle Eustache op 17/05/2011 - 10h12
Bekijk dit artikel
Vous devez être connecté à votre compte E-Santé afin de laisser un commentaire
PUBLICITÉ