Plotse dood komt niet heel vaak voor in de sport. Het komt voor bij 1 à 2 sporters op de duizend. In bijna alle gevallen vindt men een cardiale oorzaak. Het klinisch onderzoek dat uitgevoerd wordt voor een geschiktheidsattest zou meer moeten zijn dan zo maar een formaliteit.

Een hartonderzoek bij atleten
"Ik had het bijna vergeten dokter, maar kunt u een sportattest maken voor mijn kind?". Deze vraag wordt vaak gesteld, maar het is geen goede praktijk omdat op die manier het klinisch onderzoek niet uitgevoerd wordt en dat onderzoek is erg belangrijk. Het is noodzakelijk dat op zijn minst de bloeddruk van de jonge atleet gecontroleerd wordt en dat die normaal is. Dat moet ook het geval zijn met het hartritme.
Cholesterol en glycemie
Naast dat minimum moet ook het cholesterolgehalte onderzocht worden en de glycemie in nuchtere toestand. Dat moet bij jongeren in de adolescentie minstens één keer gebeuren voor ze de leeftijd van twintig jaar bereiken. De vroegtijdige diagnose van diabetes of hyperchlesterolemie moet verwikkelingen, onder meer ter hoogte van het hart, kunnen voorkomen. Zijn alle onderzoeksresultaten goed, dan kan een adolescent normaal aan sport en zelfs aan competitiesport doen.