Luizen komen in scholen vaak en gemakkelijk voor in de vorm van een epidemie. Er doeltreffend komaf mee maken is heel wat moeilijker. Omdat er hoe langer hoe meer insectenwerende producten gebruikt worden, zijn de luizen er steeds meer resistent aan geworden.

Luizen komen vaak voor bij kindjes van 6 tot 8 jaar
In leefgemeenschappen zoals bijvoorbeeld scholen, worden kinderen vaak geconfronteerd met het luizen probleem, vooral tussen de leeftijd van 6 tot 8 jaar. Besmetting gebeurt vooral via direct contact met het haar van een ander kindje.
Luizen kunnen namelijk niet vliegen en ook niet springen. Kinderen krijgen makkelijk luizen via direct contact met het hoofd, bij het spelen bijvoorbeeld, maar besmetting kan ook verlopen via voorwerpen (kammen, borstels) en kleren (het uitwisselen van hoedjes of petjes, contact met besmette lakens en kussens, enz.).
U moet ook weten dat luizen niet bang zijn van water. Men kan dus ook luizen 'opdoen' in het zwembad, vooral als men geen badmuts draagt.
Luizen: makkelijk overdraagbaar, snelle voorplanting
Luizen zijn kleine beestjes die zich voeden met bloed van zodra ze op een hoofdje zitten. Een vrouwtje legt 3 à 7 eitjes per dag. Een week later zijn er neten en na tien dagen zijn luizen volwassen en kunnen ze zelf eitjes leggen.
Burgess, I.F. et coll., BMJ, 330 (7505) : 1423, 2005.