Het zogenaamde overdrachtsobject van de allerkleinsten, hun knuffel, kan een teddybeer zijn, een oude vod, een pop, ... Het stelt het kind gerust en is een bron van troost.
De omgeving ervaart het vaak als een belangrijke behoefte voor het kind.
Maar is dat ook echt het geval?

De kinderknuffel: een traditioneel voorwerp
Alain heeft een dochtertje van twee, Martha. Op een dag vertrekken ze op weekend naar de grootouders, maar vergeten ze haar knuffel mee te nemen, een soort kleurrijke sjaal die ze voortdurend tegen haar wang drukt. Als ze 50 km verder vastraken in de file, maken ze rechtsomkeer om de knuffel te gaan halen, nog voor Martha iets merkt. Ze moeten echter drie uur lang zoeken om het ding terug te vinden. Ze getroosten zich die moeite, want ze weten dat Martha zonder haar "overdrachtsobject" moeilijk inslaapt.
Zo zijn er zelfs internetforums waarop ongeruste ouders boodschappen kunnen plaatsen om de zoekgeraakte knuffel van hun kind terug te vinden.
Een overdrachtsobject is voor het kind een bron van geruststelling en veiligheid.
Het helpt om los te komen van zijn ouders en de overgang te maken van volledige afhankelijkheid naar beginnende zelfstandigheid. Alsof het kind met zijn knuffel een stukje van zijn ouders meeneemt. Het ding heeft dus een zekere symbolische waarde, of het kind het nu meeneemt naar de crèche of 's avonds tegen zich aandrukt in bed.
Als de knuffel een probleem wordt
Zo'n knuffel is misschien een bron van veiligheid, maar kan ook een blok aan het been worden!
Ouders vergeten wel eens hun eigen rol bij de geruststelling van hun kind. Ze gaan er dan ten onrechte van uit dat hun oogappel genoeg heeft aan zijn lievelingsknuffel. Soms hebben ze eigenlijk zelf meer nood aan geruststelling dan hun kind.
Lieve heeft er schoon genoeg van om voortdurend knuffels te kopen.
"Mijn zoontje gooide ze altijd uit zijn wandelwagentje, en omdat ik dat niet altijd merkte, was het vaak een 'drama'. Hij wou de knuffel die hij 200 meter verder op het trottoir had gegooid, absoluut terug. Ik probeerde hem dan terug te vinden, maar dat lukte meestal niet. Op een dag was ik het echt zat en maakte ik Tim duidelijk: "Voortaan blijft je knuffel thuis, begrepen! En als we gaan wandelen, krijg je een miniknuffel. Waarop ik hem een stukje stof gaf in dezelfde kleur als zijn teddybeer. Het was afkomstig van een oude toilethanddoek, en ik kon er zoveel stukken van snijden als nodig. Tot mijn grote verbazing ging Tim meteen akkoord."
Lieve stelde op die manier haar kind gerust.
Ze liet haar gezag gelden en maakte haar zoontje vastbesloten duidelijk dat hij af en toe perfect zonder zijn knuffel kon.