Op honderd leerlingen van schoolgaande leeftijd zijn er twee tot vijf hoogbegaafd of intellectueel vroegrijp. Paradoxaal genoeg kan hun intellectuele voorsprong een handicap vormen en tot mislukken op school leiden als ze niet tijdig herkend en correct aangepakt wordt.

- Een IQ van meer dan 125
- Sommige gedragingen van kinderen onder de 3 jaar wijzen op hoogbegaafdheid ...
- Vroegrijpheid komt soms pas later aan het licht ...
- Bijzondere karaktertrekken
- Vroegrijpheid is geen waarborg tegen problemen en kan integendeel tot problemen leiden
- Aangepaste educatieve en pedagogische maatregelen voor vroegrijpe kinderen
Een IQ van meer dan 125
Vroegrijpheid wordt gedefinieerd aan de hand van een norm: de normale gemiddelde ontwikkeling van kinderen van dezelfde leeftijd. Het objectieve criterium om na te gaan of een kind intellectueel vroegrijp is, is de waarde van zijn intelligentiequotiënt (IQ) boven de 125 punten. Dit IQ komt overeen met een voorsprong in mentale leeftijd van één jaar op 4-jarige leeftijd en van twee jaar op 8-jarige leeftijd. Het IQ wordt gewoon gemeten om de talrijke kleine aanwijzingen te bevestigen in het gedrag van het kind die aan die mogelijkheid doen denken.
Sommige gedragingen van kinderen onder de 3 jaar wijzen op hoogbegaafdheid ...
Soms trekt het gedrag van kinderen onder de 3 jaar de aandacht. Ze zijn zeer alert en nemen zeer scherp waar. Ze hebben een bijzonder intense blik, zijn gevoelig voor nieuwigheden en zijn vroegrijp op het vlak van psychomotorische ontwikkeling en spreekvaardigheid. Dat alles kan bij de kinderarts en/of de ouders het terechte vermoeden wekken dat het kind vroegrijp is. Toch kan de diagnose pas bevestigd worden na het derde levensjaar, dankzij tests die de intellectuele ontwikkeling nagaan.
www.douance.be