Een zwangerschap begint met de bevruchting, en die vindt maar in heel bepaalde omstandigheden plaats.
Vóór een spermatozoïde de eicel vindt, moet ze een heel hindernissenparcours afleggen. Het is dus alles minder eenvoudig dan het misschien lijkt.
De eisprong
De menstruatiecyclus begint de eerste dag van de maandstonden en duurt gemiddeld 28 dagen (bij sommige vrouwen is dat wel korter of langer). De eisprong is het moment waarop er in de eileider een eicel vrijkomt.
In een normale cyclus is dat de veertiende dag. De eisprong komt op gang onder invloed van een hormoon dat door de hersens wordt afgescheiden. Een van de vele follikels in de eileiders laat een eicel vrij en die wordt opgevangen door de franjeachtige uitlopers aan het uiteinde van de eileider (de fimbria tubae).
Elke vrouw heeft 3 tot 400.000 eicellen. Die komen in de loop van de menstruatiecycli - van de puberteit tot de menopauze - geleidelijk aan vrij. Opdat een bevruchting tot stand komt, moeten een vrouwelijke kiemcel - de eicel - en een mannelijke kiemcel - de spermatozoïde - elkaar vinden. Dat gebeurt aan het uiteinde van de eileider.
De lijdensweg van de spermatozoïden
Het sperma van de partner volgt een andere route met nog meer obstakels om tot de eicel te komen. Het moet zich immers eerst een weg banen door de uitvoergangen van de zaadbal en na de ejaculatie door het slijmvlies van de baarmoederhals dringen. Vandaar moet het naar de baarmoederholte en dan in de eileider omhoog tot bij eicel. Het slijmvlies in de baarmoederhals wordt gevormd op het moment van de eisprong en maakt het voor de spermatozoïden makkelijker om zich te verplaatsen.
Bij elke ejaculatie worden 60 tot 500 miljoen spermatozoïden in de vagina afgezet. Ze zijn achteraan voorzien van een zweephaartje (flagel) waardoor ze makkelijker kunnen voortbewegen. Het duurt anderhalf uur voor ze tot bij de eicel zijn. Op dat moment zijn ze nog maar met 100 tot 200. Eén enkele van die spermatozoïden zal uiteindelijk door het celmembraan van de eicel dringen en die bevruchten. De chromosomen zullen dan versmelten tot één enkele cel. Tien uur na het eerste contact is het eitje definitief gevormd.