Spinnenvrees is een irrationele angst
Hun grote, harige poten jagen velen onder ons schrik aan, en de webben die ze weven om hun prooien in te vangen, hebben weinig geruststellends. Zeker niet als de spin naar beneden komt langs haar zijden draadje …
Eén op de vier personen zou last hebben van spinnenvrees …
Welke techniek kunnen we hanteren om van die angst verlost te raken, afhankelijk van de graad van onze fobie?
Arachnofobie: één op de vier personen
Zelfs de kleinste spinnen doen bijna één op de vier personen tegen het plafond springen. Spinnenvrees is dan ook een courant verschijnsel. Soms is de angst voor die ongevaarlijke beestjes echter zo hevig dat ze een echte handicap vormt. Paradoxaal genoeg wordt ze nog altijd gebanaliseerd en zelden behandeld, waardoor velen ermee blijven zitten en er niet durven voor uitkomen.
Wat gebeurt er precies?
Angst is een nuttige reactie om ons te beschermen tegen gevaar. Bij een fobie raakt het angstmechanisme echter ontregeld, waardoor de persoon in kwestie onbeheerst en buiten verhouding reageert op een onschuldige ‘trigger’, in dit geval een spin. Alleen al zo’n beestje opmerken, kan tal van symptomen veroorzaken, vooral angst, een versnelde ademhaling en hartslag, of zelfs duizeligheid, buikpijn en paniekaanvallen, maar soms ook braken en flauwvallen.
Geen enkel rationeel element kan deze emotionele overreactie temperen. Vluchten lijkt de enige uitweg. Erger nog: ernstige arachnofobie kan leiden tot anticipatieangst, met andere woorden: angst om de angst. Dat kan bijzonder hinderlijk zijn in het dagelijkse leven.
U hebt het al begrepen: ook al hebben veel mensen spinnenvrees, dat betekent nog niet dat deze beestjes automatisch hun leven verpesten. Alles hangt af van de graad van de fobie in kwestie.
Waardoor wordt arachnofobie veroorzaakt?
Net als bij alle dierenfobieën gaat men uit van een ‘voorouderlijke oorsprong’. Onze voorouders moesten zich immers beschermen tegen gevaarlijke en zelfs dodelijke spinnensoorten.
Vandaag wordt een erfelijke factor echter waarschijnlijker geacht. Zo kan spinnenvrees (onbewust) doorgegeven worden van ouder op kind.
Angst voor spinnen kan ook cultureel bepaald zijn, gezien het negatieve beeld dat de media, films en sommige boeken ophangen van deze beestjes. Terwijl we niet mogen vergeten dat sommige volkeren net veel respect hebben voor spinnen en ze zelfs vereren …
Ook een ongelukkige ervaring kan tot arachnofobie leiden: een traumatische ontmoeting met het dier, of een – reële of denkbeeldige – beet.
Spinnen: giftig, maar niet gevaarlijk voor de mens (althans niet in België!)
Alle spinnen zijn giftig: hun gif dient om hun prooi te verlammen en te doden. Van de honderden soorten die in België voorkomen, is er echter geen enkele gevaarlijk. Bovendien zijn hun poten meestal niet krachtig genoeg om door te dringen in de huid.
Een beet kan een lichte reactie opwekken, zoals een kleine zwelling of jeuk. In zeldzame gevallen kan een allergische reactie optreden. Toch zijn spinnenbeten compleet ongevaarlijk in vergelijking met wespen- of bijensteken, die elk jaar dodelijke slachtoffers maken, en met muggenbeten, want muggen kunnen dodelijke ziekten overdragen zoals malaria, die jaarlijks wereldwijd 2 miljoen doden eist.
Hauner K. et al., Actes de l’Académie nationale des sciences, 2012.