PUBLICITÉ

Gen en ethiek

Gepubliceerd door Pierre Dewaele op 29/04/2002 - 00h00
-A +A

De genetica is er de laatste jaren flink op vooruitgegaan. Die nieuwe technologische ontwikkelingen hebben echter tal van ethische, filosofische en morele vragen doen rijzen. De Koning Boudewijn-stichting heeft een conferentiedag gehouden om over dat delicate onderwerp te discussiëren.

PUB

Het eerste gedeelte van de dag ging over pre-implantatie-diagnostiek, waarbij het genetisch patrimonium kan worden bepaald vanaf de eerste celdelingen van een bevruchte eicel. Zo kan bijv. worden nagegaan of een bepaalde genetische ziekte al dan niet aanwezig is. In ons land wordt 3% van de kinderen geboren met een genetische afwijking.

Pre-implantatie-diagnostiek: in het hart van het embryo

Het onderzoek kan enkel worden uitgevoerd op eicellen die in vitro werden bevrucht. De gezonde embryo's worden in de baarmoeder (of uterus) van de toekomstige moeder geïmplanteerd of, als er te veel zijn, ingevroren.De ethische vragen draaien hoofdzakelijk rond twee thema's.Vooreerst vragen de specialisten zich af of een embryo "menselijk" is of niet. Volgens Prof. Michel Depuis, verantwoordelijke van de Eenheid voor Bio-ethiek aan de Université Catholique de Louvain (UCL), is een dergelijk embryo zeker menselijk, maar niet in dezelfde mate als een foetus of een kind. Veel mensen vinden het beter een kind met een genetische afwijking niet te laten geboren worden eerder dan de natuur haar gang te laten gaan. Genetische diagnostiek vóór de geboorte blijkt trouwens een effect te hebben op het geboortecijfer. Ouders met een genetische afwijking of die reeds een abnormaal kind ter wereld hebben gebracht, zouden een zwangerschap geweigerd hebben als ze niet de zekerheid van een "normaal" kind hadden gekregen.

Eerst informeren, daarna beslissen

Volgens Prof. Gilbert Hottois, verantwoordelijke van het Centrum voor Bio-ethisch Onderzoek aan de ULB, rijst in verband met prenatale tests het probleem van het recht om te weten of niet te weten. De filosoof heeft er begrip voor als ouders niet willen weten of hun kind al dan niet een afwijking zal hebben, maar vindt ook dat de maatschappij het recht om niet te weten niet mag aanmoedigen. Daar zijn vele redenen voor, maar de belangrijkste is dat ouders die geïnformeerd zijn, een beslissing kunnen nemen met kennis van zaken.Wat dat betreft, is het dan ook essentieel dat de Centra voor Genetica multidisciplinair (genetici, maatschappelijke werkers, psychologen, enz.) en pluralistisch ingesteld zijn om de toekomstige ouders zo goed mogelijk te kunnen begeleiden.In België zijn 8 centra voor genetica erkend. Onderaan dit artikel vindt u een volledige lijst.Volgende week zullen we zien welke de implicaties van dergelijke tests zijn voor de ziekte van Huntington.

Dienst Medische Genetica Polikliniek AZ-VUBLaarbeeklaan 103/E 1090 BRUSSEL Tel. 02/477.60.71 Dienst Medische Genetica UZ-R.U.G.De Pintelaan 1859000 GENTTel. 09/240.36.03 Centrum voor Menselijke ErfelijkheidK.U. Leuven, Campus GasthuisbergHerestraat 49 3000 LEUVENTel. 016/34.59.03 Dienst voor Erfelijkheidsonderzoek en adviesUniversitaire Instelling AntwerpenMedische GeneticaUniversiteitsplein 12610 WILRIJKTel. 03/820.25.70Centre de Génétique ULBCampus ErasmeBâtiment Transfusion (02)Lenniksebaan 808 1070 BRUSSELTel. 02/555.64.30 Centre de Génétique Médicale U.C.L.Tour Vésale 5220Em. Mounierlaan 521200 BRUSSELTel. 02/764.52.20 Service de Génétique HumaineC.H.U. Sart TilmanBloc Central niveau -24000 LUIKTel. 04/366.71.23 Département de Génétique MédicaleInstitut de Morphologie PathologiqueAllée des Templeiers, 41 6270 LOVERVAL Tel. 071/47.30.47

Gepubliceerd door Pierre Dewaele op 29/04/2002 - 00h00 Conferentie 'Het Menselijke Testen', Koning Boudewijn-stichting, Sheraton-Hotel Brussel, 20/04/02.
Bekijk dit artikel
Vous devez être connecté à votre compte E-Santé afin de laisser un commentaire
PUBLICITÉ