In Frankrijk werd het aantal gevallen van gastro-enteritis dat nodig is om het over een epidemie te kunnen hebben, overschreden op 2 december. En de regio Nord-pas-de-Calais die aan België grenst is een van de regio's die het meest getroffen werd door de epidemie.
Het virus dat gastro-enteritis veroorzaakt is het rotavirus. Het belangrijkste doelwit van het virus zijn jonge kinderen. Een infectie is vandaag zelden dodelijk, maar daarom niet minder gevaarlijk. Ook voor de sociale zekerheid en de economie. Het virus is namelijk jaarlijks verantwoordelijk voor 6000 ziekenhuisopnames in België en dan zijn er ook nog de vakantiedagen die ouders opnemen om voor hun kindjes te kunnen zorgen. Artsen menen dat zowat elk kind op de leeftijd van vijf jaar al ooit besmet werd met het rotavirus.
Hoe wordt het virus doorgegeven?
Het rotavirus is erg besmettelijk en resistent. Het wordt doorgegeven via direct of indirect oraal-fecaal contact. Ontsnappen aan het virus is dan ook bijzonder moeilijk. Maar er zijn wel een aantal eenvoudige maatregelen die bijdragen tot de preventie van een infectie met het virus zoals bijvoorbeeld regelmatig de handen wassen en nog vaker als men voor een baby zorgt. Dat het vaak
kleine kindjes zijn die besmet geraken, is te wijten aan de frequente zorg die ze nodig hebben (alleen al wat het verschonen betreft) en ook aan het feit dat ze speelgoed en andere voorwerpen en vingertjes in hun mond stoppen. Kindjes hebben bovendien ook vaak direct contact met naasten en anderen, zowel in de kinderkribbe als op de kleuterschool.
Wat zijn de symptomen van gastro-enteritis?
Acute en hevige diarree, braken, koorts, buikpijn en bij zuigelingen een risico op uitdroging die fataal kan zijn, zijn dé symptomen van gastro-enteritis. De intensiteit van de symptomen is onvoorspelbaar en gastro-enteritis kan snel evolueren naar een ernstige vorm.
Bij heel kleine kindjes mag diarree nooit afgedaan worden als een banale kwaal. Indien nodig moet men een arts raadplegen.
Om de evolutie van de infectie goed in de gaten te houden moet men waakzaam zijn en op vier dingen letten: de evolutie van de lichaamstemperatuur, het volume en de frequentie van de stoelgang en van het overgeven, de evolutie van het lichaamsgewicht en de hoeveelheid vocht die het kindje drinkt.
In functie van de parameters zal de arts eventueel rehydratatieoplossingen voorschrijven om de baby weer van het nodige vocht te voorzien. De baby moet dan progressief drinken en telkens heel kleine hoeveelheden. De oplossingen vaten heel wat bestanddelen die noodzakelijk zijn voor het organisme van de baby en die geëlimineerd werden via de stoelgang, diarree en braaksel. Dat tekort mag niet gecompenseerd worden met puur of gesuikerd water.
Er zijn nog meer alarmerende symptomen die een onmiddellijke interventie van een arts vereisen, eventueel via de spoeddienst:
- Een versnelde ademhaling.
- Een kind dat snel en makkelijk inslaapt en moeilijk weer wakker wordt.
- Apathie, bleekheid, kringen onder de ogen.
- Ongewoon gedrag.