PUBLICITÉ

Eisprong: 10 vragen en antwoorden om uw kennis te testen?

Geüpdatet door Isabelle Eustache, gezondheidsjournaliste op 15/04/2014 - 12h19
-A +A

Dat er zonder eisprong geen kindje komt en dat de eisprong plaatsvindt op een welbepaald moment van de cyclus, weet iedereen.

Maar wat weet u verder nog over de eisprong?

Test uzelf om te zien of u er het fijne van af kent!

PUB

1. De eisprong- of ovulatietests meten bepaalde hormonen.

  • Juist.

De tests sporen over het algemeen het luteïniserend hormoon op dat de 2e helft van de menstruatiecyclus typeert. Sommige tests meten ook het oestrogeengehalte. Op basis daarvan kan men bepalen welke dagen de vruchtbaarheid optimaal is.#E#

 

2. De zelf uit te voeren eisprongtests gebeuren aan de hand van urine.

  • Juist.

Voor de tests die in de apotheek te koop zijn en die men thuis zelf kan uitvoeren, is de urine nodig, liefst de ochtendurine. Die is meer geconcentreerd en maakt vroegtijdige opsporing mogelijk.

De tests die in het lab worden uitgevoerd, werken met een bloedstaal.#E#

 

3. De eisprong is te herkennen aan een daling van de lichaamstemperatuur.

  • Fout.

Na de eisprong stijgt de lichaamstemperatuur lichtjes, namelijk met ongeveer 0,5°C. Vrouwen kunnen de datum van de eisprong en bijgevolg ook de periode waarin ze vruchtbaar zijn achterhalen door elke dag hun temperatuur te meten en zo een temperatuurcurve op te stellen.

 

4. De consistentie van het baarmoederslijm kan helpen om de vruchtbaarste periode van de cyclus vast te stellen.

  • Juist.

Kort voor de eisprong verandert de consistentie van het baarmoederslijm. Het wordt draderig en gladder, een beetje zoals het wit van een ei.


5. De levensduur van de spermatozoïden in het lichaam van de vrouw bedraagt 48 uur.

  • Fout.

De spermatozoïden kunnen tot 6 dagen leven, dat vergroot de kansen op contact met de eicel.


6. De levensduur van een eicel bedraagt ongeveer 48 uur.

  • Juist.

De eicel houdt zich ongeveer 48 uur klaar voor een eventueel versmelten met een spermatozoïde. De kansen op bevruchting zijn dan ook groter bij geslachtsgemeenschap de dag voor de eisprong dan op de dag van de eisprong zelf.


7. De luteale fase is de periode die aan de eisprong voorafgaat.

  • Fout.

De eisprong is een van de drie fasen van de vrouwelijke cyclus. Ze wordt voorafgegaan door de folliculaire fase (de fase waarin de eicel rijpt) en gevolgd door de luteale fase (de fase waarin de baarmoeder zich klaarmaakt voor een eventuele innesteling van een eitje en het baarmoederslijmvlies dus dikker wordt).


8. De eisprong komt op gang door een signaal van de hersenen.

  • Juist.

De hersenen zetten de eisprong in gang via hormonen die worden afgescheiden door de hypothalamus en de hypofyse, twee kleine klieren in de hersenen.


9. De theoretische datum van de eisprong wordt vastgesteld op de 14e dag van cyclus.

  • Juist.

#E#Daarom ligt de vruchtbare periode theoretisch tussen de 10e en de 17e dag van de cyclus. Maar dat is dus puur theoretisch. De situatie verschilt van de ene vrouw tot de andere en soms kan ze zelfs bij een en dezelfde vrouw veranderen.


10. Cycli zonder eisprong komen vaak voor.

  • Fout.

Cycli zonder eisprong komen meer voor aan het begin en aan het einde van het seksueel vruchtbare leven (puberteit en perimenopauze), maar op zich komen ze zelden voor. Als zoiets zich herhaalt, gaat u beter naar een arts.#E#

Initialement publié par Isabelle Eustache, gezondheidsjournaliste le 17/10/2011 - 15h08 et mis à jour par Isabelle Eustache, gezondheidsjournaliste le 15/04/2014 - 12h19
Bekijk dit artikel
Vous devez être connecté à votre compte E-Santé afin de laisser un commentaire
PUBLICITÉ