De overtuiging dat een middagslaapje moet vermeden worden indien men 's nachts goed wil slapen, schijnt wetenschappelijk onjuist te zijn. Integendeel, een kleine siësta in de loop van de namiddag verhoogt het aantal uren slaap en verbetert daarbij ook nog de intellectuele prestaties.

Middagslaapje en nachtslaap vullen elkaar aan
Naarmate men ouder wordt, vermindert bij heel wat mensen de kwaliteit van de slaap. Volgens sommige onderzoeken, zou bijna de helft van de 65+'ers slecht slapen: moeilijkheden om in slaap te vallen, slechte slaapkwaliteit, dikwijls wakker worden...
Het gebeurt dikwijls dat mensen die slaapproblemen hebben, eraan denken om hun middagslaapje af te schaffen en dus aan de slaap proberen te weerstaan. Zij zijn ervan overtuigd dat hun siësta een negatieve impact zal hebben op de kwaliteit van hun nachtslaap en op de tijd die zij nodig zullen hebben om in slap te vallen. Men zou inderdaad kunnen denken dat men na een siësta minder zin zal hebben om 's avonds te gaan slapen.
Een middagslaapje is heilzaam
De theorie die beweert dat een middagslaapje slecht zou zijn voor de nachtslaap schijnt onjuist te zijn. Integendeel, een dutje na het middagmaal zou zelfs bevorderlijk zijn voor de gezondheid.
In een Amerikaanse studie werden 32 mensen (allen tussen 55 en 85 jaar oud) onderzocht. Sommigen mochten overdag niet slapen, terwijl anderen gedurende drie opeenvolgende dagen tussen 14 en 16 uur een middagslaapje moesten doen.
Uit opnames van de slaapkwaliteit en uit intellectuele reactietests (denkoefeningen), hebben de onderzoekers kunnen afleiden dat een siësta helemaal geen invloed heeft op de kwaliteit van de slaap tijdens de daaropvolgende nacht. Volgens de resultaten van het onderzoek, heeft de ene groep slechts 6 minuten meer nodig dan de andere om in slaap te vallen. Op deze manier bereiken deze mensen een vergelijkbaar aantal uren slaap en dezelfde slaapkwaliteit als mensen die jonger zijn.