Een geïnformeerde patiënt voelt zich beter

Deze studie werd uitgevoerd tussen juni en september 2004, om na te gaan in welke mate chronische patiënten (astma, type 2-diabetes en hartziekten) geïnformeerd worden over hun ziekte. De steekproef bestond uit 4.500 patiënten uit de Verenigde Staten en acht Europese landen (Duitsland, Spanje, Finland, Frankrijk, Italië, Polen, het Verenigd Koninkrijk en Zweden). De conclusies wijzen uit dat, als de patiënten medische informatie krijgen die hun een betere kijk geeft op hun gezondheidstoestand, bijna twee derde proactief hun gedrag eraan aanpast. Meer dan driekwart van deze proactieve patiënten stelde een positieve impact vast op hun gezondheid.

De onderzoekers evalueerden ook het kennisniveau van de steekproef. Zo testten ze hun begrip van de basiskennis die ze geacht worden te hebben over hun gezondheid, zodat ze een gezond leven kunnen leiden. In het algemeen blijken Amerikaanse patiënten een betere kennis te hebben van hun gezondheidstoestand. Zo heeft slechts 3 % van de Europese hartpatiënten een "uitstekende" kennis van hun ziekte, tegen 19 % van de Amerikaanse hartpatiënten. Daarnaast bestaan er grote verschillen in kennisniveaus tussen de Europese landen. Zo heeft 43 % van de Britse diabetici een "uitstekende" kennis van hun gezondheidstoestand, tegen 23 % in Italië, 17 % in Duitsland, 15 % in Spanje en 4 % in Polen. Verbazende vaststelling: een hoog percentage hartpatiënten uit een aantal grote Europese landen heeft een "geringe" kennis van hartziekten, met name de Spanjaarden (92 %), de Italianen (87 %) en de Fransen (81 %).

Europese patiënten halen hun medische informatie uit een groot aantal bronnen, uiteraard in de eerste plaats artsen en het verplegend personeel (90 % van de steekproef), gevolgd door apothekers, magazines, tv, radio, gezondheidspublicaties en het internet.

Schrijf u gratis in op de newsletter van e-gezondheid !