Diëten zijn er om af te vallen… Meestal toch, maar niet altijd! We bekijken de grote principes van de diëten die dienen om te verdikken.
Dieet om te verdikken: voor wie?
Mensen die willen - of moeten - verdikken bestaan wel degelijk, en meer dan we denken. Soms is de bedoeling echt om er wat ronder uit te zien of in ieder geval wat minder mager. Maar verdikken is ook krachten opdoen en sterker worden dus. De kandidaten voor dit type dieet zijn in twee grote groepen in te delen:
- Mensen die veel zijn afgevallen door een ziekte (kanker, anorexia) en die hun vroegere uiterlijk terug willen.
- Mensen die een behandeling hebben ondergaan die vaak doet vermageren – vooral bepaalde soorten chemotherapie. In dat geval is het belangrijk om aan te komen om de nog volgende behandelingen aan te kunnen.
- Mensen die van nature mager zijn - door hun morfologie - en die niet gelukkig zijn met hun uiterlijk.
- En oudere mensen die ondervoed zijn en die hun calorieopname moeten opkrikken.
Het is moeilijk te bepalen wanneer precies mager zijn gevaarlijk of nefast is, al beschouwt men algemeen een BMI onder de 17 als niet langer gezond.
Hoe ziet een dieet om te verdikken eruit?
Ongeacht het nagestreefde doel beantwoorden de diëten om te verdikken min of meer aan hetzelfde principe: het aantal opgenomen calorieën moet naar omhoog. Maar let wel: het is zeker niet de bedoeling om u vol te stouwen met chips, chocolade en mayonaise. De bedoeling is om weer conditie te kweken, en dus ook evenwichtig te eten. Daarvoor volstaat het niet om de porties te vergroten, zegt Michel Vanbergen, diëtitste in het Erasmusziekenhuis in Brussel: "Je kunt niet zomaar de hoeveelheid voedsel tijdens een maaltijd verdubbelen. Want dan kun je gewoon niet meer en is de kans groot dat je de rest van de dag geen honger meer hebt! Zo’n aanpak is trouwens niet aangenaam voor de patiënt. Het is veel efficiënter om de voedselopnames te versnipperen en ze rijker te maken."
Versnipperen betekent de maaltijden kleiner maken, maar er dan ook meer maken en ze over de hele dag spreiden. "We raden de patiënten aan om te eten als ze honger hebben, ook als het geen etenstijd is; en als het ze uitkomt, kan dat zelfs ‘s nachts".
Rijker betekent dat het aantal calorieën in elke maaltijd opgedreven wordt – maar wel door er een goed voedingsevenwicht na te streven, dus met goede vetten, koolhydraten en eiwitten. "Concreet zou je dus gedroogde vruchten of noten bij een salade kunnen doen, je zou fruit in yoghurt kunnen doen, kaas in de soep, enz. Het gaat er dus om de voeding geconcentreerder te maken zodat ze meer calorieën levert", aldus nog Michel Vanbergen.
Michel Vanbergen, diëtiste op de afdeling dieetkunde van het Erasmusziekenhuis in Brussel