PUBLICITÉ

Bloedarmoede

Gepubliceerd op 20/02/2003 - 00h00
-A +A

Men spreekt van bloedarmoede (anemie) als het bloed te weinig bloedkleurstof (hemoglobine) bevat of wanneer het aantal rode bloedcellen verlaagd is of als er sprake is van een combinatie van beide.

PUB

1. Inleiding

De hemoglobine is een ijzerhoudend eiwit dat is opgeslagen in de rode bloedcellen. Honderd milliliter bloed bevat onder normale omstandigheden 11 tot 15 gram hemoglobine. Vrouwen hebben in het algemeen minder bloedkleurstof per 100 milliliter bloed dan mannen. Bloedarmoede gaat meestal gepaard met een vermindering van het aantal rode bloedcellen.De gevolgen van bloedarmoede voor het organisme worden duidelijk uit de rol van de hemoglobine en de rode bloedcellen. Aan de hemoglobine is zuurstof gebonden. Deze zuurstof kan echter ook weer worden afgegeven. Als het bloed door de longen stroomt wordt zuurstof gebonden aan de hemoglobine die hierdoor overgaat in oxyhemoglobine. In de weefsels vindt het omgekeerde proces plaats: zuurstof wordt afgestaan en hemoglobine blijft over. Een tekort aan hemoglobine leidt dus onherroepelijk tot een min of meer ernstig zuurstofgebrek in de weefsels. Het zuurstofgebrek is natuurlijk in de eerste plaats afhankelijk van de hoeveelheid zuurstof die onder bepaalde omstandigheden nodig is. Bij het verrichten van arbeid zal het gevolg van de bloedarmoede zich eerderÖuiten. In de tweede plaats worden de verschijnselen van bloedarmoede in hoge mate bepaald door de organen die het gevoeligst zijn voor zuurstofgebrek, namelijk de hersenen en de spieren (vooral ook de hartspier).Op de voorgrond staan de volgende ziekteverschijnselen:- vermoeidheid;- duizeligheid;- wazig zien;- kortademigheid;- hartkloppingen.Dit laatste moet worden gezien als een poging tot aanpassing: het hart probeert door verhoging van het hartritme en het slagvolume het bloed sneller rond te pompen - het zogenaamde hartminuutvolume te verhogen - om het zuurstoftekort in de weefsels te bestrijden. Lijders aan bloedarmoede hebben een bleke gelaatskleur, vooral de slijmvliezen tonen een beginnende bloedarmoede het duidelijkst.Het vaststellen van bloedarmoede behoeft altijd een laboratoriumonderzoek ter bevestiging. Niet alleen levert dit het bewijs van het bestaan van bloedarmoede, maar het geeft bovendien aanknopingspunten voor de ontstaanswijze en voor een zinvolle behandeling.

2. Indeling

Het is gebruikelijk de anemieën in te delen naar de verhouding tussen het hemoglobinegehalte en het aantal rode bloedcellen. Als maat gebruikt met de kleurindex (KI) die wordt gedefinieerd als het percentage hemoglobine gedeeld door het percentage rode bloedcellen.Men kan nu een drietal typen bloedarmoede onderscheiden:

  • Hypochrome anemie: het hemoglobinegehalte van het bloed is procentueel sterker gedaald dan het aantal rode bloedcellen.
  • Hyperchrome anemie: het aantal rode bloedcellen is sterker gedaald dan het hemoglobinegehalte.
  • Normochrome (chroma = kleur) anemie: het hemoglobinegehalte en het aantal rode bloedcellen zijn in gelijke mate gedaald.
De hypochrome anemie komt verreweg het meeste voor en wordt bijna altijd veroorzaakt door ijzergebrek.

Gepubliceerd op 20/02/2003 - 00h00
Bekijk dit artikel
Vous devez être connecté à votre compte E-Santé afin de laisser un commentaire
PUBLICITÉ