Aspartaam is een zoetstof die toegevoegd wordt aan meer dan 6.000 lightproducten overal ter wereld, maar er eens te meer van beschuldigd wordt kankerverwekkend te zijn. Het gaat hier echter om één enkele studie die bovendien werd uitgevoerd bij ratten. Vandaar dat in de eerste plaats moet worden nagegaan of de resultaten ook toepasbaar zijn op de mens
Aspartaam wordt al geruime tijd overladen met alle zonden Israëls. Deze synthetische molecule bestaat uit twee aminozuren: fenylalanine en aspartaamzuur (dat massaal aanwezig is in onze voeding). Haar zoetvermogen ligt 200 keer hoger dan dat van gewone suiker. Ze wordt voorzichtigheidshalve afgeraden aan zwangere vrouwen. Zo is aspartaam er om beurten van beschuldigd hersentumoren te veroorzaken, hoofdpijn, multiple sclerose, netvliesaandoeningen, leverziekten en zelfs het Golfoorlogsyndroom.
Dit keer gaat het om een studie van de Europese Stichting voor Oncologie en Milieuwetenschappen, die gevestigd is in het Italiaanse Bologna. De studie werd uitgevoerd bij 1.800 ratten die aspartaam kregen toegediend en wijst uit dat de stof kankerverwekkend is en lymfomen en leukemie kan veroorzaken. Dat geldt echter alleen voor wijfjesratten. De studie bevestigt ook dat er geen verband is tussen aspartaam en hersentumoren.
Andere kritiek op dit experiment: de ratten kregen niet de exacte maximumdosis die aanbevolen is bij de mens. Deze toegestane dagdosis bedraagt 40 mg per kg lichaamsgewicht, dus 2.800 mg voor iemand van 70 kg (een tablet bevat 18 mg, een blikje lightdrank ongeveer 185 mg).
Sommigen kregen het dubbele, anderen de helft. Deze voorlopige resultaten moeten dus bevestigd worden, en er moet nagegaan worden of ze toepasbaar zijn op de mens. Ook de gevaarlijke dosis moet bepaald worden.
De auteurs pleiten er evenwel voor om de regelgeving over het gebruik van aspartaam snel te herzien, kwestie van de volksgezondheid beter te beschermen.
De Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (EFSA) vindt het "onnodig om de consument op te roepen zijn gebruik van aspartaam te veranderen op basis van de huidige informatie. Zodra echter alle gegevens beschikbaar zijn, moeten de risico's en de toegestane dagdosis opnieuw bekeken worden."
Aspartaam werd in 1965 ontdekt. Dankzij zijn zoetvermogen en zijn lage caloriegehalte werd het algauw op grote schaal gebruikt door de voedingsindustrie bij de productie van calorie- of vetarme producten. Het werd voor het eerst toegelaten in 1974 in de Verenigde Staten, en vanaf 1988 kreeg het ook groen licht in Frankrijk.