Anorexia en boulimie zijn allebei eetstoornissen. Zo’n 10% van de bevolking, het merendeel jongeren, zou ermee kampen.
Enkele tips voor ouders om met anorexia en boulimie te leren omgaan.

Boulimie en anorexie: wat is het precies?
Boulimie wordt omschreven als een plots opkomende onweerstaanbare drang om grote hoeveelheden eten naar binnen te werken. Anorexie wordt omschreven als de drastische beperking van voedsel die iemand zichzelf oplegt uit angst om te verdikken, ook al is zijn of haar gewicht normaal. Die drang om niet te eten uit angst om te verdikken gaat soms gepaard met aanvallen van boulimie of eetbuien. De aanvallen verlichten de angst tijdelijk. Maar al snel volgt een hevig gevoel van schuld, wat tot depressie kan leiden. Deze vicieuze cirkel is enorm gevaarlijk voor de geestelijke en lichamelijke gezondheid!
Twaalf tips voor ouders met een kind dat lijdt aan anorexia of boulimie
- Zeg uw kind dat u zich zorgen maakt, maar zonder daarom specifiek het eetprobleem aan te kaarten. U hebt gezien dat er iets niet gaat en u bent er om te luisteren, te helpen en uw kind te steunen.
- Dwing uw kind niet om te eten. U moet uw kind anderzijds ook geen complimentjes geven als hij of zij weigert te eten. De houding die u moet aannemen is subtiel!
- Chanteer uw kind niet met voeding.
- Vermijd elke opmerking over het uiterlijk en zeg bijvoorbeeld ook niet dat hij of zij er goed uitziet. Voor iemand die hard zijn best doet om niet te eten, is er goed uitzien synoniem voor verdikt zijn!
- Laat u niet in met discussies over voeding en gewicht.
- Schilder bepaalde voedingswaren niet af als slecht. Mijd dus termen als « vette» producten, « calorierijke » eetwaren, enz. Ze hebben allemaal hun plaats in een gevarieerde en evenwichtige voeding.
- Onthoud u van elke lovende uitspraak of houding over slank zijn of vermageren. Doe anderzijds ook niet denigrerend over overgewicht. Alle fysieke verschillen mogen er zijn en niemand wordt op zijn uiterlijk beoordeeld.
- Moedig uw kind aan om zich te laten helpen door een deskundige (arts, psychiater of psycholoog).
- Als uw kind weigert, kaart het onderwerp dan later voorzichtig weer aan, maar zonder aan te dringen (behalve als uw kind in levensgevaar is).
- Maak uw kind duidelijk dat u haar of hem graag ziet, dat hij of zij er niet alleen voor staat en dat u er altijd zult zijn om te helpen, wat er ook gebeurt.
- Maar ook u hebt hulp en ondersteuning nodig. Er bestaan gespreksgroepen voor familieleden van kinderen met anorexia of boulimie. Ga ernaartoe!
- Informeer u, lees erover en zoek op het internet informatie die deze ziektes verklaart. Hoe meer u ze begrijpt, hoe makkelijker u deze beproeving zult doorkomen en hoe beter u uw kind kunt helpen. Laat de moed niet zakken en praat u vooral geen schuldgevoelens aan. Dat heeft geen zin en is alleen maar contraproductief!
Laat de moed niet zakken. Een kind met anorexia of boulimie leeft in ontkenning. Maar die ontkenning blijft niet duren. Door hem of haar te helpen draagt u daar uw steentje in bij!
Vereniging voor boulimie en anorexie, http://www.boulimie-anorexie.ch.