Hartaandoeningen bij ogenschijnlijk gezonde personen uiten zich door pijn in de borst, vochtophoping in het lichaam, verminderd prestatievermogen en in de plotseling optredende hartaanval (hartinfarct) waarbij het slachtoffer ineenstort.

1. Inleiding
Een aandoening van het hart hoeft zich niet altijd te uiten in verschijnselen van het hart zelf, ook symptomen van andere organen, bijvoorbeeld de hersenen, kunnen een eerste signaal zijn. Ineens wordt een arm min of meer krachteloos of een arm en been aan dezelfde kant. Soms is er een scheve mond. Na een minuut of tien is alles weer normaal. Een ander, even plotseling optredend verschijnsel: aan een kant wordt er met een van de ogen, ook wel beide, nauwelijks iets waargenomen. De wereld is daar 'weg' of er wordt slechts een 'grijze vlek' gezien. Enkele minuten later is deze vreemde gewaarwording ook voorbij. Soms zullen deze verschijnselen zich zelden of nooit herhalen. Maar het kan ook gebeuren dat de stoornissen zich met vrij korte tussenpozen voordoen. Zulke zeer tijdelijke en slechts kortdurende verschijnselen zijn te wijten aan een snel voorbijgaande doorbloedingsstoornis van een deel van de hersenen, hetgeen niet zelden berust op een circulatieprobleem, dat zijn oorzaak vindt in een hartaandoening.
2. Angina pectoris
Angina pectoris is in het medisch vakjargon de aanduiding voor pijn aan het hart of beklemming op de borst gedurende enkele minuten, meestal als gevolg van zuurstofgebrek van de hartspier door onvoldoende doorbloeding door de kransslagaders van het hart, vaak door slagadervervetting of -verkalking (atherosclerose). De verschijnselen zijn: - karakteristieke snoerende pijn achter het borstbeen; - pijn straalt uit naar de hals, kaak en linkerarm; - pijn treedt op bij bepaalde - meestal dezelfde - inspanningen; - pijn verdwijnt na ontspanning. Andere oorzaken zijn emoties en temperatuurwisselingen. Angina pectoris is een stekende pijn middenonder in de borstkas, die het gevoel geeft niet meer te kunnen ademen omdat de pijn anders erger wordt. In feite maakt een normale ademhaling weinig verschil, omdat de pijn van de hartspier uitgaat. Een jonge kerel, die gezond lijkt maar door gebrek aan beweging (zittend werk, geen sport) in een slechte lichamelijke conditie is geraakt, krijgt enkele dagen spierpijn als hij om de een of andere reden eens enkele kilometers achter elkaar hollend aflegt. Iemand in de leeftijdsklasse van 35-55 jaar die te zwaar is, onder te veel spanning leeft en sigaretten rookt, hoeft geen eindje te hollen (dat kan hij vaak niet eens meer), het is al voldoende dat hij zich plotseling nog eens extra te buiten gaat aan lekker eten, zich heftig opwindt, grote zorgen maakt of zich even inspant, om de hartspierpijn te krijgen. Want dat is de beklemming op de borst, hartspierpijn. De pijn duurt de eerste keer enkele minuten. Op den duur zal het een diepe, uitputtende pijn onder het borstbeen worden, die uitstraalt naar hals en linkerarm.
- Het 'tabletje onder de tong' - nitroglycerine of isosorbinenitraat - laat de pijn bij echte angina pectoris meestal binnen enkele minuten verdwijnen. Onder de tong gelegd werkt het snel en effectief, maar niet lang. Isosorbinenitraat bestaat ook als tablet met langere werking. Als de tablet wordt geslikt, geeft deze enkele uren bescherming tegen aanvallen van angina pectoris. Nitroglycerine moet langzaam onder de tong oplossen, omdat het bij in een keer doorslikken snel wordt afgebroken. De tabletjes zijn houdbaar in glazen flesjes zonder watten. Nitroglycerine wordt ook in zalfvorm toegediend. Wanneer een patiënt erg veel tabletjes nodig heeft, zal de arts vaak andere middelen voorschrijven.
- Bèta-blokkers zijn geneesmiddelen die het beeld van angina pectoris in de laatste tien jaar voor zowel patiënt als arts hebben veranderd. Bèta-blokkers vertragen de hartslag, die vooral bij inspanning en emotie oploopt. Dus loopt ook de vraag van het hart naar zuurstof terug en daarmee de kans op een pijnaanval.
- nieuwe groep geneesmiddelen vormen de zogenoemde calciumantagonisten. Cellen van de hartspier en vaatwand hebben voor samentrekking, behalve zuurstof ook kalk of calcium nodig. Doordat calciumantagonisten dat kalkaanbod verminderen, wordt minder zuurstof verbruikt voor de samentrekking en kan het hart met de beperkte hoeveelheid aangevoerde brandstof zuiniger omgaan. Ze kunnen met bèta-blokkers worden gecombineerd.