Vanaf zes maanden is uw baby klaar voor een inschrijving in een ‘babyzwemclub’. Hij maakt er voor het eerst kennis met water, uiteraard in uw armen en in aanwezigheid van professionals. Zo ontdekt hij tijdens zijn ontwikkeling nieuwe gevoelservaringen en leert hij tegelijk op een andere manier zijn lichaam kennen.
Voor alle baby’s
Vanaf zes maanden tot vijf jaar kunt u uw kind vertrouwd maken met water. Wel moeten de ouders actief betrokken zijn bij deze watergewenning. Die bevordert de lichamelijke band tussen ouder en kind, en is voor de baby bovendien een vat boordevol ontdekkingsmogelijkheden. Het water herinnert hem aan de negen maanden die hij doorbracht in de buik van zijn moeder. In deze fascinerende omgeving ontdekt hij allerlei nieuwe en aangename sensaties: gewichtloosheid, huidcontact, temperatuurschommelingen, verschillende geluiden, het glinsterende water, waterdruppels die langs zijn lichaam lopen enz.
Op die leeftijd heeft de baby immers nog altijd de apneureflex die hij had in de moederbuik. Het watermilieu verwondert hem niet, en hij is er niet bang voor. Het water is voor hem gewoon een vertrouwd milieu waarin hij zich kan verplaatsen in drie dimensies, in tegenstelling tot wat hij ervaart op een harde ondergrond. Ideaal is lichamelijk contact te hebben met zijn moeder als hij voor het eerst in het water komt. De babyzwemsessies moeten deel uitmaken van een regelmatig programma, zodat de baby er maximaal voordeel uit haalt voor zijn verdere ontwikkeling. Ze hebben het best elke week plaats en mogen niet langer duren dan 20 tot 25 minuten.
Een initiatie in drie fasen
Contact met het water: de baby wordt zeer geleidelijk ondergedompeld in het water, in de armen van zijn moeder, die zijwaartse en verticale bewegingen met hem maakt tot op mondhoogte. Als hij eenmaal op zijn gemak is, moet hij op zijn rug leren liggen of op zijn buik, op een matje. Het is belangrijk dat hij elk gebaar en elke poging volledig aanvaardt, terwijl u hem geruststelt door hem aandacht te schenken, vertrouwen te geven, toe te lachen en lieve woordjes toe te fluisteren.
Onderdompeling: een delicate fase waarin u uw baby verticaal onderdompelt in het water, zonder hem los te laten. Hij zal automatisch zijn mond dichtdoen en opnieuw beginnen te ademen zodra hij uit het water is. In het begin gebeurt de onderdompeling snel, waarna ze steeds langzamer wordt, uiteraard afhankelijk van hoe prettig uw kind dit vindt.
Autonomie: in de laatste fase (als het kind er klaar voor is en het echt wil) neemt u uw baby mee onder water en laat u hem los. Aanvankelijk blijft u nog zeer dicht bij hem, maar dan verwijdert u zich beetje bij beetje.
Babyzwemmen moet gezellig blijven
Hoe de watergewenning ook verloopt, alles moet gebaseerd zijn op spel, uitwisseling en plezier, zowel voor de baby als voor zijn ouders. Uiteraard gaat het hier niet om een wedstrijd en is er geen enkel specifiek doel vooropgesteld. U moet gewoon aanvoelen dat uw kind klaar is voor de volgende fase. Gaat het bijvoorbeeld niet graag volledig kopje onder, dring dan niet aan. Het komt er gewoon op aan dat het graag in het water vertoeft.