PUBLICITÉ

Verdrinking: hoe te vermijden?

Geüpdatet door Marion Garteiser, gezondheidsjournaliste op 12/02/2013 - 10h54
-A +A

Elk jaar worden in België tussen 400 en 500 verdronken personen uit het water gehaald.

Dat aantal zou echter makkelijk verlaagd kunnen worden dankzij een betere kennis van de noodzakelijke levensreddende handelingen.

PUB

De belangrijkste klinische problemen bij gevaar voor verdrinking zijn verstikking en water in de longen krijgen. Wie meegesleurd wordt naar de diepte en niet in staat is naar het wateroppervlak te zwemmen, heeft als eerste reflex: zijn ademhaling blokkeren. Na zekere tijd krijgen de hersenen te weinig zuurstof en raakt het slachtoffer bewusteloos. In dat geval is er sprake van een echte noodsituatie. De ophoping van koolzuurgas in het bloed (hypercapnie) brengt vroeg of laat de ademhalingsmechanismen automatisch weer op gang. Personen die in paniek raken, ademen zelfs water in vóór ze bewusteloos raken. Wat moet u doen in zo'n situatie?

Levensreddende handelingen

Eerst moet u uiteraard het slachtoffer uit het water halen en opletten dat u niet zelf dreigt te verdrinken (een fout die elk jaar ongeveer 25 mensenlevens eist!). Pas zo vlug mogelijk mond-op-mondbeademing toe, zodat de persoon zuurstof krijgt. Zitten zijn luchtwegen vol water, dan moet u zijn longen leegmaken door hem op zijn buik te leggen, achter hem te gaan staan of zitten, met beide armen de borstkas te omvatten en die met een plotselinge, krachtige beweging samen te drukken. Daardoor wordt de lucht die zich nog in de longen bevindt, met kracht in de richting van de neus/keelholte geperst (Heimlich-methode).

Meteen naar het ziekenhuis!

Ook als het slachtoffer weer bij kennis is, moet u het hoe dan ook naar het ziekenhuis brengen. Het water dat in de longen is terechtgekomen, heeft zich immers vermengd met het zogenaamde surfactans, het flinterdunne laagje waarmee de longblaasjes bekleed zijn. Verder kan er een infectie of een longoedeem ontstaan. De complicatierisico's hangen ook heel sterk af van het milieu. Het zoetwater van meren en rivieren vormt hier het "worst case scenario". Het water komt immers heel snel in het bloed terecht, waardoor de rode bloedcellen vernietigd worden en er gevaar ontstaat voor hartfalen. Bij een dreigende verdrinking in zee doet een dergelijk osmoseverschijnsel zich niet voor: het water blijft in de longen en vormt samen met het het bloedvocht en de lucht een soort schuim, "spuma" genoemd. Het chloorwater in zwembaden doet een ander probleem rijzen, want het blokkeert de uitwisselingen in de longblaasjes.

Initialement publié par Gilles Goetghebuer, gezondheidsjournalist le 31/08/2004 - 00h00 et mis à jour par Marion Garteiser, gezondheidsjournaliste le 12/02/2013 - 10h54
Bekijk dit artikel
PUBLICITÉ