De meeste kinderen worden vanzelf zindelijk tussen achttien maanden en drie jaar. De methode is heel eenvoudig: laat het kind zich ontwikkelen in zijn eigen tempo. Geef het een potje, toon het hoe het dat moet gebruiken en wacht tot het zin krijgt om erop te gaan...
Uw kind is met geen stokken op zijn potje te krijgen? Dan hoeft u zich zeker geen zorgen te maken, en is uw kind dwingen of vernederen al even zinloos. Meestal wijst dit erop dat het zijn sluitspieren nog niet kan beheersen. Zindelijkheid is een natuurlijk evoluerend rijpingsproces dat zich afspeelt tussen anderhalf en drie jaar, behalve als er sprake is van een specifiek lichamelijk (zeer zeldzaam) of psychologisch probleem. Het is dan ook aan te raden uw kind duidelijk uit te leggen wat u verwacht en vervolgens geduldig af te wachten, zonder u vast te pinnen op een termijn. Training levert slechts enkele maanden tijdwinst op. Bovendien kan aandringen tot eindeloze conflicten leiden en negatieve gevolgen hebben voor de persoonlijkheid van het kind.
Wat is het juiste moment?
Het kind moet een voldoende rijpingsniveau bereiken, zowel neuromusculair als intellectueel en affectief. Anne Bacus geeft hiervoor enkele aanwijzingen:
- het rent en loopt de trap op;
- het houdt van imitatiespelen en doet graag 'zoals de grote mensen';
- de 'harde' fase van zijn koppigheidsperiode is voorbij: het begrijpt wat u vraagt en gehoorzaamt meestal vrijwillig;
- het weet wat orde en wanorde zijn, maakt graag cadeautjes en zit in een affectief stabiele periode;
- het kent de woorden 'pipi', 'potje', 'kaka' enz., en weet waarvoor het potje dient, want u hebt het duidelijk uitgelegd;
- het weet wat er in zijn lichaam gebeurt op het moment zelf, en niet pas nadien;
- het houdt ervan om zijn luier af te doen en op het potje te gaan.
De zachte methode
Als het potje problemen stelt, raadt dr. Edwige Antier aan om het probleem te vereenvoudigen door de luier zelf te gebruiken, waarmee het kind goed vertrouwd is. Het volstaat om uw kind in zijn onderbroekje te laten lopen en het om het anderhalf of om de twee uur gedurende ongeveer 10 minuten een luier om te doen. Meestal profiteert het van dat moment om zijn behoefte te doen. Leg de rest van de tijd een propere luier op een stoel. De kans is zeer groot dat het u na enkele dagen zelf de luier brengt als het zin heeft om te urineren. Zodra het zijn sluitspieren goed beheerst, zal het probleemloos het potje gebruiken.