PUBLICITÉ

Urineverlies bestrijden met informatie

Gepubliceerd door Isabelle Eustache, gezondheidsjournaliste op 16/04/2007 - 00h00
-A +A

Duizenden Belgen van alle leeftijden kampen met ongewild urineverlies. Dat is niets om zich over te schamen en ook niets om dood te zwijgen. In tegendeel, men moet erover praten met een arts om zo doeltreffend mogelijk behandeld te kunnen worden.

PUB

1) Urineverlies is erfelijk.
Niet waar.
Urineverlies is geen aandoening die doorgegeven wordt van vader of moeder op dochter of zoon.

2) Soms volstaat gewichtsverlies om urineverlies te bestrijden.
Waar.
De overtollige kilo's drukken op het perineum en bevorderen zo urineverlies.

3) Vrouwen die vaak geconstipeerd zijn, hebben een verhoogd risico op urineverlies.
Waar.
In geval van constipatie gaat men vaak persen en forceren en dat kan op termijn schade toebrengen aan het perineum en zo urineverlies veroorzaken.

3) In geval van urineverlies moet men een gynaecoloog raadplegen.
Niet waar.
De aangewezen specialist is de uroloog. De huisarts of de gynaecoloog kunnen de patiënt wel raad geven en hem eventueel doorverwijzen naar een uroloog.

4) Heel jonge vrouwen kampen nooit met urineverlies.
Niet waar.
Een vorderende leeftijd is een risicofactor voor het optreden van de aandoening, maar dat neemt niet weg dat ook heel jonge vrouwen last kunnen hebben van urineverlies.
Vaak gaat het om erg sportieve jonge vrouwen, maar het euvel kan opduiken bij iedereen en op elke leeftijd.

5) Vrouwen die nooit hebben moeten bevallen, krijgen nooit last van urineverlies.
Niet waar.
Bevallingen doen het risico op urineverlies wel stijgen (al kan men dat vandaag wel voorkomen), maar vrouwen die nooit een kind op de wereld brachten, kunnen ook last hebben van urineverlies.

6) Het urineverlies kan aanzienlijk zijn. In sommige gevallen moet men tot drie a vier keer per uur plassen.
Waar.
Het kan gaan van een paar druppels tot volumineus en frequent verlies.

7) Alle vrouwen die roken hebben een verhoogd risico op incontinentie.
Waar.
Roken prikkelt niet alleen de blaas, maar leidt ook tot hoestbuien die het urineverlies in de hand werken.

8) Lachen alleen kan niet voor urineverlies zorgen.
Niet waar.
Ongewild urineverlies kan voorkomen bij elke vorm van inspanning. Tijdens het springen in de gymnastiekles tot en met hoesten of lachen.

9) Ook mannen kunnen incontinent zijn.
Waar.
Vrouwen hebben er vaker last van, maar ook mannen kunnen last hebben van ongewild urineverlies. Meestal gaat het dan om een probleem aan de prostaat of ten gevolge van een prostaatoperatie.

10) Urineverlies en incontinentie zijn twee verschillende problemen.
Niet waar.
In medisch jargon is incontinentie hetzelfde als ongewild urineverlies.

11) Urineverlies kan bij sommige vrouwen leiden tot seksuele onthouding.
Waar.
Sommige vrouwen hebben geen seksuele betrekkingen meer wegens een onaangename ervaring met urineverlies, hoe klein ook, bij het vrijen. Ze moeten er over praten met hun arts om behandeld te kunnen worden.

12) De behandeling van urine-incontinentie is vooral chirurgisch.
Waar.
Urine-incontinentiechirurgie is vandaag niet alleen heel eenvoudig, maar ook erg doeltreffend. De ingreep duurt niet lang en is niet pijnlijk. Praat erover met een arts.

Gepubliceerd door Isabelle Eustache, gezondheidsjournaliste op 16/04/2007 - 00h00 Brochure Urofrance, 'Fuites d'urine des femmes, en parler pour se soigner', Association française d'urologie, april 2007.
Bekijk dit artikel
Vous devez être connecté à votre compte E-Santé afin de laisser un commentaire
PUBLICITÉ