PUBLICITÉ

Sporten met diabetes: de voedingsinstructies die u moet kennen

Gepubliceerd door Hélène Joubert, wetenschapsjournaliste op 02/08/2016 - 13h48
-A +A

Wekelijkse joggingsessies, klimmen, zwemmen… Voor diabetespatiënten die willen sporten is het allemaal niet zo eenvoudig als het eruitziet. Mensen met diabetes type 1 lopen tijdens maar ook na afloop van de inspanning vooral kans op een te sterke daling van de bloedsuikerspiegel als de inspanning niet vooraf is ingepland en lang duurt. Net als bij diabetes type 2 die behandeld wordt met insuline moeten dan zowel de voeding als de insulinedosissen worden aangepast.

PUB

Sport en voeding: vijf regels voor mensen met diabetes type 1

Wie diabetes type 1 heeft en aan sport doet, zou de vijf regels moeten kennen om de bloedsuikerspiegel (glykemie) bij langdurige fysieke inspanningen onder controle te houden. Centraal staat de aanpassing van de insulinedosissen en de voeding:

  • Regel nr. 1: Anticipeer op de  sportsessie en verlaag de dosis snelwerkende insuline. De dosis moet worden gehalveerd of - als u minder dan tien eenheden snelwerkende insuline neemt - met twee derde worden verlaagd. Bij een dosis die normaal lager dan 5 of 6 eenheden is, moet ze worden overgeslagen.
     
  • Regel nr. 2: Controleer uw bloedsuikerspiegel voor u aan de fysieke inspanning begint. Als de glucosewaarden onder de 1,20g/l liggen, moet u iets lichts eten (het equivalent van 15g koolhydraten of eventueel 20-30 g, afhankelijk van de voorziene duur van de inspanning) in de vorm van gezoete dranken, fruitpasta’s of ander koolhydraatrijk voedsel.
     
  • Regel nr. 3: Als u niet gewoon bent om dit soort inspanningen te doen, moet u bij sessie die langer duren dan een halfuur tot een uur opnieuw uw bloedsuikerspiegel controleren. Als de glucosewaarden onder de 1,20g/l liggen of als de volgende maaltijd nog een poos voor u uit ligt, moet u opnieuw iets lichts eten (15g koolhydraten).
     
  • Regel nr. 4: Als uw bloedsuikerspiegel na afloop van de inspanning onder 1g/l ligt, moet u opnieuw een lichte maaltijd voorzien (15g koolhydraten) als de volgende maaltijd niet binnen het uur is gepland.
     
  • Regel nr. 5: Normaal wordt de insulinedosis die volgt na de inspanning verlaagd. Als u bijvoorbeeld in de namiddag hebt gesport, moet u dan de avonddosis nemen - dat wil zeggen de snelwerkende insuline die normaal de bloedsuikerspiegel tijdens de nacht onder controle moet houden (dosis gemiddeld te verminderen met 10 tot 30%, afhankelijk van de individuele respons).

Opgelet: de gevoeligheid van de spieren voor insuline neemt door het sporten toe, tot meerdere uren na afloop van de inspanning (vandaar dat de lagere insulinebehoefte omdat de spieren er zelf meer uit halen). Sporters mogen ook niet vergeten hun avondglykemie in het oog te houden, ook als de fysieke inspanning’s ochtends is gebeurd.

Prof. Martine Duclos, endocrinoloog, fysioloog en hoofd van de dienst ‘Médecine du Sport’ van het CHU in Clermont-Ferrand: “Bij diabetes type 1 is het raadzaam om bij elke langdurige lichamelijke inspanning (langer dan 30 minuten tot een uur) voorzorgen te treffen en de eraan voorafgaande insulinedosis te verlagen.

Mensen met diabetes type 1 die op vrij regelmatige basis aan sport doen, gebruiken meestal een insulinepompje (een toestelletje dat automatisch insuline afgeeft). Op die manier kunnen de insulinedosissen veel makkelijker worden bijgestuurd dan met injecties als de bloedsuikerspiegel dat vraagt. Ze kunnen het pompje enkele uren afkoppelen (meestal is dat twee tot drie uur, maar soms ook langer). Er zijn over het algemeen meer mensen met diabetes type 1 die ervoor kiezen om op regelmatige en intensieve wijze aan sport te doen dan mensen met diabetes type 2. Bijna alle sporten zijn geschikt voor diabetespatiënten, behalve parachutespringen en andere sportdisciplines waar een te lage bloedsuikerspiegel tot dodelijke ongelukken kan leiden. Omdat de bloedglucoserespons erg varieert afhankelijk van het type inspanning (aeroob of anaeroob), laat men zich best opvolgen door een diabetoloog die gespecialiseerd in sport”.

Sporten bij diabetes type 2: weinig risico’s

De diversiteit aan geneesmiddelen voor diabetes type 2 is groot, gaande van dagelijkse eenmalige injecties van insuline (basale insuline) tot een waaier aan diabetesmedicijnen die via orale weg in te nemen zijn.

  • Mensen met een diabetes type 2 in evenwicht (de bloedsuikerspiegel uitgedrukt in een HBa1c-percentage ligt rond de 6,5 à 7%) die alleen basale insuline krijgen, lopen bij langdurige sportactiviteiten meestal geen reëel gevaar voor hypoglykemie (te lage bloedglucose).

Het heeft geen zin om in dit geval de insulinedosis te verminderen. Voor fysieke inspanningen van matige intensiteit en op regelmatige basis is geen enkele specifieke verandering vereist. Zolang de spierinspanning redelijk blijft, is alleen een matige aanvulling van koolhydraten tijdens de inspanning (10 tot 15 g koolhydraten per uur) nuttig.

Wie diabetes type 2 heeft en voor het eerst een sportsessie van langer dan 60 minuten plant, doet er goed aan de dosis sulfamiden en gliniden te halveren. De andere medicijnen voor diabetes type 2 vormen geen probleem.

Gepubliceerd door Hélène Joubert, wetenschapsjournaliste op 02/08/2016 - 13h48

Op basis van een interview met Prof. Martine Duclos, endocrinoloog, fysioloog en hoofd van de dienst ‘Médecine du Sport’ van het CHU in Clermont-Ferrand.

Bekijk dit artikel
Vous devez être connecté à votre compte E-Santé afin de laisser un commentaire
PUBLICITÉ