PUBLICITÉ

Hoe een tenniselleboog voorkomen en genezen?

Geüpdatet door Marion Garteiser, gezondheidsjournaliste op 01/07/2014 - 16h07
-A +A

Wereldwijd spelen ongeveer 100 miljoen mensen tennis.

Eén op de drie heeft echter last van de fameuze tenniselleboog ("tennis elbow") of zal er nog mee te maken krijgen.

Reden genoeg voor een artikel!

PUB

Tenniselleboog, een probleem waar niet alle tennisspelers mee te maken krijgen

Deze letsels komen zowel voor bij vrouwen als bij mannen, en dat op elke leeftijd, ook al zijn ze vrij zeldzaam onder de 30 jaar en nemen ze in frequentie af na 55 jaar.


Epicondylitis, een elleboogprobleem
De medische term voor tenniselleboog is 'epicondylitis'. Het gaat om een ontsteking die meestal begint aan de knobbel aan het uiteinde van de elleboog (de epicondylus) en vervolgens langs de ulna (ellepijp of cubitus) uitstraalt naar de pols. Meer bepaald naar de aanhechtingsplaats van de handspieren, die zeer zwaar belast worden telkens als de speler het rackethandvat vastneemt. Ook een golfclub, de stang van een fitnesstoestel of een roeiriem zijn in dat opzicht echter gevaarlijke tuigen.
Doordat de vingerbuigspieren zich sterk samentrekken en er tegelijk een zware schokgolf ontstaat bij elke slag, verhoogt de kans op microscheuren in het peeslichaam en/of microfracturen in het aanhechtingspunt van de pees op het bot.

Hoe beter we spelen, hoe minder last we hebben
De toptennissers krijgen zelden een tenniselleboog: de problemen met de elleboog doen zich heel zelden voor tijdens tournooien bijvoorbeeld.
We kunnen hier een dubbele analyse maken: ofwel beschikken de beste spelers over een bescherming tegen epicondylitis door een perfecte speltechniek; ofwel doet deze kwaal de sportieve ambities teniet van hen die eraan lijden.

Hoe voorkomen een tenniselleboog en hoe genezen we ervan?

Tenniselleboog kwam vroeger veel voor, en dat neemt gelukkig af.

Een tenniselleboog is meestal (in 70 % van de gevallen) het gevolg van een nieuw racket.
Opgelet voor modellen met een te zwaar rackethoofd en voor te zware bespanningen (maximum 24 kg). Terloops gezegd: de ontwikkeling van nieuwe materialen heeft lichtere rackets opgeleverd en betekende een grote stap vooruit voor personen met terugkerende elleboogtendinitis. Sommigen konden zelfs weer hun racket bovenhalen na jarenlange gedwongen inactiviteit. Ook het overwicht van de tweehandige backhand beschermt de elleboog van de speelarm en heeft het aantal gevallen wellicht doen dalen.

Ook de behandeling is er sterk op vooruitgegaan.
In plaats van systematisch cortisonespuiten te geven, krijgen patiënten voortaan de raad om minstens twee weken te rusten zodra de eerste symptomen opduiken. Vervolgens mogen ze zeer voorzichtig weer beginnen, maar moeten ze opnieuw hun oude racket gebruiken als ze het net ervoor hebben vervangen. Verder wordt via functionele revalidatie geprobeerd om de pols en de voorarm uit te rekken en de spieren te versterken. Ook diepe dwarsmassages kunnen de afzettingen rond de pees doen verdwijnen. Deze kinesessies worden soms gecombineerd met ontstekingsremmers, cryotherapie (koudebehandeling) en andere fysiotherapeutische technieken: ultrasonen, ionisatie door elektrische stroom enz. Ook een elleboogbeschermer kan soelaas bieden. Sommigen zweren bij alternatieve methoden, zoals acupunctuur, mesotherapie, osteopathie, shocktherapie enz. En als niets helpt, is er nog altijd chirurgie, met technieken om de pees te "spoelen", kwestie van alle kleine onzuiverheden te verwijderen. Dat lost bijna altijd het probleem op, maar het vergt wel tijd!

Initialement publié par Gilles Goetghebuer, gezondheidsjournalist le 04/10/2005 - 00h00 et mis à jour par Marion Garteiser, gezondheidsjournaliste le 01/07/2014 - 16h07
Bekijk dit artikel
Vous devez être connecté à votre compte E-Santé afin de laisser un commentaire
PUBLICITÉ