De komst van een nieuw broertje of zusje is voor de andere kinderen zelden vanzelfsprekend en boezemt hun soms angst in. Hoe kunt u ze er zo goed mogelijk op voorbereiden?
Het is mijn keuze
Het zijn de ouders die een kinderwens hebben, niet de broers en zussen. Als uw kinderen nog klein zijn, heeft het geen zin om hun te vragen of ze nog een broertje of zusje willen. U moet hun wel vertellen dat er ééntje op komst is als het zo ver is, zonder evenwel de blijde gebeurtenis te sterk in de verf te zetten (bijvoorbeeld door uw kinderen te verplichten mee te gaan naar de echografie).
De ideale broer of zus
Hoe kijkt de oudste aan tegen de nieuwkomer? Vaak idealiseert hij die, bijvoorbeeld door ervan uit te gaan dat de baby van het andere geslacht zal zijn en dus geen rechtstreekse concurrent zal worden. En dat de baby met hem of haar zal kunnen spelen ("mag ik met mijn broertje op de glijbaan?"). Groot is de ontgoocheling als blijkt dat de baby helemaal niet aan die verwachtingen voldoet! In dat geval moet u uw kind uitleggen dat de baby nog moet leren en evolueren. De oudste zal heel blij zijn om zijn steentje te kunnen bijdragen en zal zelf proberen om de baby te stimuleren.