De voeding speelt een belangrijke rol in het optreden van type 2 diabetes. Een Westerse voeding rijk aan dierlijke vetten en suikers werkt het optreden van diabetes in de hand. Een mediterrane voeding (met veel fruit, groenten en vis) verlaagt het risico.
Diabetes: 5,3% Belgen
Type 2 diabetes is momenteel één van de grootste gezondheidsproblemen. De ziekte treedt zeer vaak op bij personen met obesitas of overgewicht en is te wijten aan een onvoldoende secretie van insuline of partiële ongevoeligheid voor de effecten van insuline (insuline is een hormoon dat de penetratie van suiker in het bloed in de cellen bevordert). Daardoor blijft de bloedsuikerspiegel te hoog, terwijl de cellen van het organisme onvoldoende gevoed worden.Doordat deze ziekte geen symptomen veroorzaakt, wordt ze vaak laattijdig ontdekt, naar aanleiding van een complicatie. De gevolgen kunnen ernstig en invaliderend zijn: vaatstoornissen, aantasting van de nieren of de retina, enz.
Diabetes voorkomen
Het is nochtans mogelijk deze "welvaartsziekte" te voorkomen, zo blijkt uit een studie.
Meer dan 42.000 personen van 40 tot 75 jaar zonder antecedenten van diabetes, hart- of vaatziekte of kanker werden in de studie opgenomen en ondervraagd over hun eetgewoonten. Op basis van de analyse van al deze gegevens konden de patiënten in twee groepen worden ingedeeld:
- de "voorzichtige" groep wordt gekenmerkt door de consumptie van veel groenten, fruit, vis, gevogelte en granen;
- de "westerse" groep consumeerde meer rood vlees en geraffineerde producten, frieten, volle zuivelproducten en suikers (nagerechten, snoep).
Deze personen werden gedurende 12 jaar gevolgd. In die periode ontwikkelden 1.321 personen type 2 diabetes. Diabetes kwam veel vaker voor in de groep "westerse voeding" en het risico was bijzonder hoog bij zwaarlijvige personen of personen met een zittend leven.Uit deze studie blijkt dus duidelijk dat hoe "rijker" en hoe westerser de voeding, hoe groter het risico op diabetes. Maar ze toont ook aan dat gezonde eetgewoonten bijdragen tot een goede gezondheid.
Van Dam R.M. et coll. Ann. Intern. Med. 2002; 136: 201-209.